Afbeelding
Foto: Mike Morrell

Even iets downloaden? Dankzij zijn 17-jarige digimaatje weet Sarindi (66) hoe het moet

Door: Wieneke Wennekes Algemeen

BREDA - We zijn meer dan ooit afhankelijk geworden van computers en smartphones. Maar niet iedereen kan de ontwikkelingen op dat gebied bijhouden. Dus is er begin december een nieuw project gestart: ‘Digimaatjes’. Bedoeld voor inwoners die willen leren hoe je met computers werkt. En over alles wat daar bij hoort. Zo helpt de 17-jarige Maider nu de 66-jarige Sarindi. Sarindi is enorm blij met de hulp. “Ik kende de woorden downloaden en uploaden al wel. Maar ik had geen idee wat ermee werd bedoeld.”

Er hebben zich al 22 deelnemers en 16 vrijwilligers aangemeld. Deze doen mee aan een zogenoemde ‘pilot’. Tijdens de eerste bijeenkomst werden deelnemers aan vrijwilligers gekoppeld. De gepensioneerde Sarindi Pawiroretio (66) werd gekoppeld aan eerstejaars student Social Work Maider Mirailh (17).

Sarindi vertelt: “Vorig jaar ben ik begonnen met ‘Klik en Tik’. Maar door corona is deze computercursus gestopt. Half december kreeg ik een e-mail van Taalhuis Breda. Zij vroegen of ik interesse had in het Digimaatjes-project. Die kans heb ik gegrepen. Want ik wil leren hoe de digitale wereld werkt. Zelfstandig mijn eigen ding kunnen doen, vind ik heel belangrijk.” Maider gaat verder: “Voor mijn studie moet ik 84 uur vrijwilligerswerk doen. Op het computernetwerk van hogeschool Avans las ik over Digimaatjes. Deze maatschappelijke stage is heel leuk voor me. Ik kom hier met allerlei mensen in contact. Heel verschillend in leeftijd en in afkomst.”

Maatwerk

Sommige deelnemers hebben technische vragen. Maar meestal zijn het de basisvragen waarbij hulp nodig is: Hoe werkt internet? Hoe maak ik een advertentie op Marktplaats? Hoe sla ik bestanden op mijn computer op? Waar vind ik deze terug? “Onze hulp is heel breed en is afhankelijk van de vraag”, legt Maider uit. “Het is echt maatwerk. Daarom moest Sarindi tijdens de eerste bijeenkomst een vragenlijst invullen. Zo kreeg ik beter inzicht in waarmee ik hem kon helpen. Het bleek bijvoorbeeld dat hij niet goed wist hoe hij iets kon downloaden. Zoals apps op zijn telefoon. En dat hij moeite had met mailtjes van de overheid beantwoorden.”

Sarindi vult aan: “Downloaden en uploaden waren woorden die ik wel kende. Maar ik had geen idee wat daarmee werd bedoeld.” Maider legt uit: “Eigenlijk willen we elke week 1 nieuw ding leren. Zodat het niet te snel gaat voor Sarindi, en hij alles rustig kan oefenen. Ik doe het eerst voor, daarna kan hij het zelf proberen. De laatste keer hebben we iets gedownload en dat ging uiteindelijk goed.”

Echt of nep?

Naast de hulpvragen is er ook aandacht voor andere zaken. Dingen waar deelnemers mee zitten, bijvoorbeeld of iemand zich veilig voelt op internet. Veel ouderen zijn huiverig om internet te gebruiken. Zij zijn bang dat er ongewild persoonlijke informatie op internet komt. Sarindi zegt daarover: “Ik ben sowieso bang. Want tegenwoordig hoor je in de media veel over oplichters. Bijvoorbeeld: je krijgt een brief of telefoontje van een bank, of van de gemeente. Maar hoe weet je nou in hemelsnaam of dat echt is of nep?!” Maider legt uit dat ze hem daar ook wegwijs in maakt. Zij leert hem bijvoorbeeld wat een sterk wachtwoord is. En hoe je een nep e-mailadres herkent.

Sarindi geeft zelf een voorbeeld. Hij zegt: “Als ik een appje van mijn zoon krijg dat hij 50 euro nodig heeft, moet ik hem eerst bellen. Om te vragen of dat klopt.” Maider benadrukt: “Daar trappen nog steeds heel veel mensen in. Die maken gewoon geld over, zonder het eerst te checken. Dat moet je dus nooit doen.”

Meer rust

Er wordt vaak beweerd: Iedereen moet kunnen meedoen in de digitale samenleving. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Veel mensen raken steeds verder achterop. Zij missen de kennis die ze nodig hebben om zichzelf digitaal te redden. “De kennis die ik heb, heb ik mezelf aangeleerd. Dat past bij mijn generatie”, legt Maider uit. “Weet je niet hoe iets moet? Dan zoek je op internet en lukt het daarna meestal wel. Voor mij is dat heel normaal, maar voor ouderen is dit niet vanzelfsprekend.” Sarindi vertelt: “Vroeger kreeg je stapels brieven. Tegenwoordig wordt bijna alle post elektronisch verstuurd. Maider heeft me geleerd hoe ik deze brieven als document op kan slaan. Dat is een groot voordeel. Nu kan ik alles met één druk op de knop terugvinden.”


Veel ouderen stellen hun vragen aan (klein)kinderen. Die zeggen dan vaak: ‘Oh, kijk dat moet gewoon zo’. Maar dat gaat vaak veel te snel, legt Maider uit. “Zo kan opa of oma het nog steeds niet zelf. Met dit project doe je nieuwe dingen eerst rustig voor. Zodat de deelnemer het daarna echt zelf kan.” Dat bevestigt Sarindi. “Mijn generatie is niet opgegroeid met computers en smartphones. Door het zelf te doen, blijft alles veel beter hangen. Ik ben heel blij met de begeleiding van Maider. Ik heb nu meer rust in mijn hoofd. Omdat ik niet meer afhankelijk ben van anderen.”

Wil je meer weten over Digimaatjes? Bel dan naar het Taalhuis, telefoonnummer: 06 – 52 81 38 07 Of stuur een (spraak)bericht. E-mailen kan ook, naar: info@taalhuisbreda.nl. De bijeenkomsten vinden in principe plaats in bibliotheek Nieuwe Veste, rekening houdend met de geldende Coronaregels. Deelname is gratis.