Een tekort aan dagen

Column

Het jaar van de tradities, de Nationale Goed Nieuwsdag. Je kunt het zo gek niet bedenken, of aan elke dag wordt een thema toegekend. Toch kan het nog gekker, want wat nou als er na die 365 dagen nog thema’s overblijven, worden er dan ook thema’s aan dagdelen toegekend?
Daar zouden natuurlijk wel wat ideeën voor bedacht kunnen worden. Zo ben ik persoonlijk van mening dat het eerste dagdeel, de ochtend, gebombardeerd mag worden tot dagdeel van de zwijgzaamheid.
Want stel je de volgende situatie eens voor: je zit ’s ochtends in de trein, het is nog geen negen uur. De reis duurt je eigenlijk al te lang en met een busrit nog in het vooruitzicht, begint het vrolijk-humeur-gehalte sterk te dalen.
Eenmaal het ultieme punt van chagrijnigheid bereikt, wil je niet graag vrolijke (onbekende) mensen om me heen wil hebben. Laat staan een zingende busreiziger. Je draait je hoofd langzaam naar achteren en laat een geërgerde blik zien. Het doel van zo’n blik, is de medereiziger haar mond te laten houden. Tot overmaat van ramp geeft die blik haar juist een extra reden om harder te zingen.
Maar wat nou als dat dagdeel van de zwijgzaamheid officieel wordt aangenomen in Nederland? Een simpele vraag als: “Mevrouw, ik wil niet heel vervelend doen, maar het is deze ochtend, dagdeel van de zwijgzaamheid, dus zou u alsjeblieft op kunnen houden met zingen?”, zou het gezang al kunnen smoren.
Maar helaas, in het tijdperk van nu, is dat nog niet in te denken. En bij het bereiken van de eindbestemming, ga je vervolgens zelf in de fout. Je zegt gedag tegen de buschauffeur en krijgt vervolgens niets meer dan een chagrijnige blik terug die je vriendelijk, doch dringend verzoekt je mond te houden. En op dat moment vraag je je of zo’n benoeming van dagdelen eigenlijk wel zin heeft..
(Louise Snel)