Column: Uit de kast

Column

COLUMN - Het hoge woord moet er maar uit: Ja, ik ben van ‘de boel bij elkaar houden’. Sommigen zien dat streven vandaag de dag als ‘slap’, ‘naïef’, of als linkse theedrinkerij die dit land in handen van de moslims drijft. Ik niet. Ben trouwens meer van de koffie.

Een paar jaar geleden heb ik tijdens de vakantie een niet erg opwekkend boek gelezen. The clash of civilizations van historicus Samuel Huntington. Hij zegt, al sinds 1993: niet alleen natiestaten, maar beschavingen, culturen, religies komen met elkaar in botsing, als we niet oppassen.

En met dat ‘niet oppassen’ bedoelt hij in het bijzonder een gebrek aan respect van westerse landen voor andere culturen. En het opdringen van westerse waarden aan culturen die er nu eenmaal andere normen en waarden op nahouden of die, om allerlei redenen in hun andere ontwikkeling gelegen, nog niet helemaal ‘toe zijn’ aan ons idee van democratie. De westerse hooghartigheid tegenover bijvoorbeeld de islam is er een voorbeeld van.

Dit weekend heb ik verontrustende berichten in de kranten gezien. Een aantal jonge Turken voelt zich niet langer thuis in Nederland. Ze zeggen: als je dag in, dag uit te horen krijgt dat je iets gelooft wat zeer verwerpelijk is, veel moeite moet doen op een normale stageplek of een baan te vinden en eigenlijk krijgt aangezegd dat je een gevaar vormt voor de Nederlandse samenleving, ga je je uitgesloten voelen. Een manifest staat op www.vk.nl, zo meldt deze krant.

Nog afgezien van de vraag welke omvang dit signaal vertegenwoordigt, het is geen compliment aan de Nederlandse beschaving. We zijn in de gesprekken over moslims in Nederland, ook aangevuurd door sommige politici en media die boter denken te braaien uit angst en onzekerheid, de juiste toon kwijtgeraakt. (En dat is niet alleen weinig verheffend, het is – leve het welbegrepen Hollandse eigen belang - ook nog dom. Want we komen in vergrijzend Nederland binnen de kortste keren handjes aan het bed, docenten voor de klas, vaklui en dienstverleners te kort. Dus we kunnen al die steeds beter opgeleide jonge Turken, Marokkanen, Somaliërs en pakweg Polen straks héél goed gebruiken.)

In de VS schoot een 22-jarige man een Congreslid van de Democraten door het hoofd. Volgens De Volkskrant en De Telegraaf een ietwat labiele jongeman, met onsamenhangende opvattingen en een pas aangeschaft vuurwapen van het type Glock.

Bizar: wie Amerika ín wil, wordt van top tot teen, van zijn bankrekening tot zijn dieet gefileerd. Snap ik ook nog, als je een paar duizend landgenoten hebt zien sterven in de Twin Towers. Tegelijkertijd lijkt het er toch ook sterk op dat niet geringe risico’s vandaag de dag komen van Amerikanen zelf die uit de naam van de vrijheid hun levensgevaarlijke wapentuig onder geen beding afstaan.

De aanslag op een gekozen volksvertegenwoordiger heeft ook tot discussie geleid over de toon waarop in de VS politiek wordt bedreven. Politiek is, sinds Obama president is, ongeveer gelijk aan oorlog. Sarah Palin, de onder conservatief Amerika zeer populaire mogelijke presidentskandidate voor 2012, had op haar website democratische Congresdistricten als schietschijf afgebeeld. Onder anderen het neergeschoten congreslid was een van haar ‘targets’. Die schietschijven heeft ze na de aanslag verwijderd. Ze zegt dat ze niet van geweld houdt.

Die toon in de Amerikaanse politiek is niet van vandaag of gisteren. Die is heel langzaamaan grover geworden. Naar het lijkt, na enige oppervlakkige waarneming in Amerikaanse kranten, wat meer van rechts dan van links.

Links, rechts, het doet er eigenlijk niet zoveel toe. Ook niet in Breda. Wat ik me wel herinner is de oproep van Peter van der Velden, in de laatste raadsvergadering van vorig jaar, aan de raadsleden om na te denken over hun toon. Ook bij sommige raadsleden en in een enkele wethouder ontwaar je soms het virus van rabiaatheid, of gewoon weinig parlementair taalgebruik om een opponent in de hoek te zetten.

Ik ben uit de kast: ik ben voor ‘de boel bij elkaar houden’. Daar hoort bij: Elkaar de waarheid zeggen, het onmetelijk met elkaar oneens zijn, maar elkaar wel blijven respecteren. Dat is iets anders dan elkaar aan de lopende band verketteren en roepen dat niet hard schreeuwen tegen moslims ‘naïef’ is. Angst en grote monden, het zijn beide slechte raadgevers, lijkt me.

Dus ik juich Van der Veldens oproep op het in 2011 iets beschaafder te houden, van harte toe. Met mensen af en toe herinneren aan ordentelijke omgangsvormen kun je niet vroeg genoeg beginnen, zo bekroop me deze gedachte dit weekend. Want als de geest van verbale barbarij eenmaal uit de fles is, krijg je die er dus niet zomaar weer in.