Afbeelding

Niks te beleven

Column

Soms zijn er weleens van die tijden dat ik denk: gebeurt er eigenlijk nog wel wat in mijn leven? In mijn omgeving? In mijn stad?
Dagen rijgen zich aaneen en plotsklaps zitten we in november.
November!

Ik bedoel, het jaar is bijna voorbij…
Sinterklaas komt volgende week weer in het land en hopelijk ook in onze stad! Of? Was daar niet iets mee de laatste tijd, die Sinterklaas? Of ging het nu alleen om zijn Pieten? Ik weet het niet meer, de ophef is zo enorm geweest dat ik me bewust heb buitengesloten van de discussie. Voor mij is Sinterklaas net zoiets als erwtensoep in de winter, zomerkoninkjes tijdens de zomermaanden en beschuit met muisjes bij de geboorte van een nieuwe wereldburger. Het is er gewoon!
Als je in Nederland woont tenminste.

Ik ga er dus van uit dat ook dit jaar de Goedheiligman gewoon in Breda arriveert en menig kind verrast met iets in de schoen.
Ik lees de dagelijkse update van BredaVandaag en probeer de tijd te koppelen aan mijn leven.
Er is noodweer geweest in Nederland. Ongelooflijk vervelend voor de mensen die schade hebben geleden, maar wel iets dat bij Nederland past: najaarsstormen. We krabbelen dus op, repareren de schade en proberen de verzekering ervan te overtuigen dat we onze premies niet voor niets betalen.
Ook in Breda.

Een schietpartij in onze rechtbank, gevolg van Nederlandse tolerantie. Of niet?
Ook hier laait de discussie weer op.
Spontaan borrelt het liedje van Fluitsma en Fontijn in mijn hoofd op: 15 miljoen mensen, op dit hele kleine stukje aarde… Menig Bredanaar zal hier ook een mening over hebben. Eigenlijk kan de tekst dan aangepast worden naar 180.000 mensen, in dit hele kleine landje, die schrijf je niet de wetten voor, die laat je in hun waarde.
Tja.

Soms zijn er van die tijden dat ik me afvraag: gebeurt er nog wel genoeg in onze stad om er stukjes over te blijven schrijven? En hoewel ik dan denk dat dit niet zo is, weet ik ondertussen wel beter.
Het ligt niet aan de stad, het ligt aan mij! Ík heb weleens van die tijden dat ik dit denk, de stad niet. De stad leeft haar leven en ik pik het op.
Of niet.