Fokke en Sukke en het stinkende drankje

Nieuws

BREDA – Stinkende sapjes, verzengende hitte en vooral veel gezelligheid in het Glazen Huis van Breda. Coen Swijnenberg, Giel Beelen en Paul Rabbering zitten vijf dagen als aapjes in het Glazen Huis. Hoe voelt dat nou? Een half uur in het Glazen Huis.

>> Foto's Glazen Huis | Meer Glazen Huis
>> Beelen: 'Breda is te gek'

Door Diede Schots en Bouke Tuit
Het Glazen huis lijkt wel een vesting. Bij de deur staat een strenge man van de security. Hij laat niemand binnen zonder dubbele check van de organisatie. Het Huis is ook echt een huis. Via de achterdeur kom je rechts bij de slaapkamer en links bij een klein keukentje en het toilet. Het is snikheet. Geen wonder dat de dj’s de hele dag in een T-shirt lopen. “Is het hier warm?”, vraagt Coen Swijnenberg verbaast. “Ik denk dat het komt omdat wij niet eten, maar wij hebben echt niet het idee dat het hier warm is.”

De echte sfeer wordt niet bepaald door het interieur maar door het publiek buiten. Rijen dik proberen mensen een glimp op te vangen van de mannen. De mensen buiten zijn alleen te verstaan wanneer de buitenmicrofoon aangaat, of als je je oor bij de brievenbus houdt. Binnen valt de strakke inrichting op. Toch is het wel gezellig. Een kleurige kerstboom en wat extra kerstversiering en een muur vol kerstkaarten.

'Giel mag ik op de foto
Giel Beelen heeft op dit moment dienst bij de brievenbus. Hij krijgt om de haverklap vragen van toeschouwers. “Giel, mag ik met jou op de foto?”, Schatert een vrouw door de brievenbus. “Ja, natuurlijk.” Geen moment is de brievenbus ongebruikt. Dan komt er weer een vrouw langs om een cd te droppen. Ze wil een nummer gedraaid hebben, maar de cd graag terug hebben. Giel moet haar teleurstellen. “Nee sorry, dat kan echt niet. Dan moet je hem maar even ergens kopiëren.”

Coen vindt het bezoek wel gezellig. Hij grijpt direct zijn kans om te klagen over het fruitsapje van de dag. “Ik heb het idee alsof ze met opzet steeds viezer gemaakt worden”, zegt hij met een verbitterd gezicht. “Moet je eens ruiken dit is echt niet te drinken.” En inderdaad, het ruikt niet bepaald lekker.

Fokke en Sukke
Dan gaat de bel. Het is Jean Marc van Tol, de tekenaar van Fokke en Sukke. Hij komt speciaal voor de Serious Request-veiling een Italiaans landschap (her)schilderen. Giel geeft te kennen liever een Fokke en Sukke te zien dan het schilderij. “Het schilderij moet juist afgemaakt worden door er een Fokke en Sukke aan toe te voegen”, zegt van Tol.

Precies een nummer krijgt van Tol de tijd om het schilderij af te maken. Wanneer Paul merkt dat dit niet gaat lukken start hij stiekem een nieuw nummer in. ‘Vluchten kan niet meer’, klinkt het als er rechts onder in de hoek van het schilderij met souplesse een vluchtelingenbootje met daarin Fokke en Sukke getekend wordt. “Een extra plaatje is er voor nodig geweest, maar dan is daar het resultaat. Je hebt hem ingekleurd en wel, wat voor technieken heb je gebruikt?”, vraagt Paul Rabbering. “Het is vooral plakkaatverf en een dikke stift.” Succes gegarandeerd, aldus Paul.

Gewoon papier
Het schilderij is af, dus is het ook weer tijd voor van Tol om te gaan. De mannen zwaaien hem uit en gaan direct weer verder met hun dagelijkse dingen. Zoals het tellen van het geld, dat met bakken uit de hemel lijkt te vallen. “Ik zie het niet eens meer als geld, voor mij is het gewoon papier”, zegt Giel als hij samen met Coen de bak leegt.

Paul Rabbering start nog maar eens een plaatje.