College wil afgeslankte vorm Nachttrein

BREDA – Het college van burgemeester en wethouders ziet het niet zitten om de nachtrein van donderdag op vrijdag te continueren. Dat zegt zij in een brief na vragen van de PvdA. Het college wil wel verder met een afgeslankte vorm van het Brabants Nachtnet.

PvdA fractielid Solveig Van Mourik-van der Bruggen vindt het verdwijnen van de nachttrein op donderdag onwenselijk. 'Niet alleen voor de bereikbaarheid, maar ook voor de aantrekkingskracht van Breda', zo maakte zij duidelijk.

Het college stelt in haar antwoord dat het Nachtnet in haar huidige vorm onrendabel is. ‘Het gebruik van de nachttrein is in die nacht zodanig beperkt, dat het niet in verhouding staat tot de kosten die gemaakt moeten worden om deze voorzieningen in stand te houden.’

Uit metingen over 2008 en 2009 zou blijken dat de aantallen reizigers op de drie avonden dat het Nachtnet rijdt, nogal verschillen. Van donderdag op vrijdag is het minst rendabel. Dan zitten er gemiddeld 20 tot 30 mensen in de trein. Om het Nachtnet zonder subsidie in stand te houden moeten dat er 80 zijn.

Voor het Brabants Nachtnet geldde een proefperiode van drie jaar. De vijf betrokken steden (Den Bosch Eindhoven, Tilburg, Breda, Dordrecht) en de provincie brachten gezamenlijk per jaar ruim 1,6 miljoen euro op om het tekort te dekken. Breda nam 100-duizend euro voor haar rekening.

De NS heeft een afgeslankte vorm van het nachtnet voorgesteld, waarin de gemeente zich wel kan vinden. De spoorwegmaatschappij wil dus de nachttrein op donderdag schrappen en de verbinding tussen Tilburg en Den Bosch in zijn geheel. Bovendien wil de NS goedkoper materieel inzetten.

De Nederlandse Spoorwegen wil de proefperiode nu met twee jaar verlengen en verwacht dat het Nachtnet in deze vorm zonder subsidie kan blijven rijden. De NS verlangt wel van elke stad een bijdrage van ruim 24-duizend euro in 2011 en 12-duizend in 2012.

De stadsbestuur laat weten om hiermee akkoord te willen gaan. Het college ziet een afgeslankte vorm van het Nachtnet zitten. De andere steden en de provincie zouden ook welwillend staan tegenover de plannen.