B&W: ‘Niks mis met vaststellen koopzondagen’

BREDA – Aan het convenant dat met het Retail Platform Breda gesloten is over het aantal koopzondagen in de Bredase binnenstad is niets mis. Dat stelt het college van burgemeester en wethouders in een antwoord op vragen van de SP.

Het Retail Platform Breda (RPB) is zelf verantwoordelijk voor een goede communicatie met zijn achterban, zo stelt B&W. Volgens de SP heeft het overkoepelende orgaan niet voldoende gepeild hoe haar achterban denkt over het verruimen van de zondagsopenstelling. “De bestuursleden en verenigingen die zitting hebben in het bestuur van het RPB zijn zelf verantwoordelijk voor het consulteren en informeren van haar leden”, zo schrijft het college. “Het gemeentebestuur gaat er vanuit dat de bestuursleden van het RPB spreken namens hun achterban. Mocht dit niet zo zijn dan zijn de bestuursleden zelf hierover verantwoording schuldig aan hun achterban.”

Het door het RPB ondertekende convenant is daarmee voor B&W een teken dat de achterban het ermee eens is. Het college vindt ook de manier waarop het platform zijn achterban raadpleegt een zaak van het platform. Dat blijft ook aanspreekpunt als het gaat om zaken als de koopzondag, aldus de bestuurders.

Dat de kleine zelfstandigen geen stem hebben gehad in het convenant, bestrijdt B&W. “Het convenant is ondertekend door de OBB als vertegenwoordiger van de zelfstandige ondernemer. Daarmee gaan wij ervan uit dat de opvatting van de kleine zelfstandige ondernemer voldoende is meegewogen.”

Het college geeft aan dat het geen enkele aanleiding ziet het besluit over de koopzondagen langer aan te houden.