Breda '97: 'Bij volgende verkiezingen net zo groot als het CDA'

BREDA – Sinds de oprichting van de lokale partij Breda ’97 is de koers behoorlijk gewijzigd. De aandacht is verlegd van de dorpen naar heel Breda, maar lijkt nu weer terug te keren naar de periferie. Bernie van den Berg (45) is deze maand een jaar fractievoorzitter: “Praten met mensen is een goed idee, maar dan moet je er wel iets mee doen.”

Het was even een vreemde gewaarwording tijdens de gemeenteraadsvergadering waarin de pré-voorjaarsnota werd behandeld. Zelfs voorzitter burgemeester Peter van der Velden vroeg nadien om opheldering.

De tweemansfractie van Breda ’97, naast Van den Berg bestaand uit Dick Vuijk, stemde om en om voor of tegen ingediende moties. Het leverde een komische situatie op, maar het was met een serieuze ondertoon.

Wat was de aanleiding van die opmerkelijke actie?
“De meeste moties kwamen die avond binnen. We hadden soms maar twintig minuten de tijd, tijdens een schorsing, om die voorstellen te beoordelen. Als je niet stemt moet je de zaal verlaten en met 18 moties is dat is ondoenlijk. We hebben toen besloten om, bij in onze optiek overbodige en onzinnige moties, telkens een stem tegen en stem voor te brengen. Bijkomend voordeel was dat we volop aandacht kregen.”

Er klinkt onvrede over het politiek proces in de Bredase raad. Heeft het daar mee te maken?
“We waren ontevreden over de uitkomst van het debat. Het was een herhaling van de kerntakendiscussie. Een herhaling van zetten. Buiten dat werden precies die moties aangenomen die passen binnen het coalitieakkoord. Praten met mensen is een goed idee, maar dan moet je er wel naar luisteren.”

In 2008 startte de politieke loopbaan van Van den Berg. Eerst met de fractie meelopen, daarna als commissielid aan de slag om uiteindelijk met het fractievoorzitterschap aan de haal te gaan.

Waarom de politiek?
“Ik was altijd al geëngageerd met de politiek. Er was akkefietje toen een buurman wat strubbelingen ondervond met een vergunningaanvraag. Mijn vrouw zei: ‘als je zo loopt te klagen over de gemeente moet je het zelf gaan doen’. Zo is het letterlijk gegaan.”

Bent u tevreden over uw rol in de gemeenteraad?
“Ik vind het niet onaardig lopen. De wisselwerking tussen mij en Dick Vuijk is goed. En ik heb het idee dat de andere partijen ons als een serieuze gesprekspartner zien.”

Tijdens debatten bent u vaak heel beschouwend in uw verhaal. Met een soort verwonderde blik van een nieuwkomer kijkt u naar de handelingen van politiek Breda. Hoe lang kunt u dat nog volhouden?
“Zolang het mij blijft verbazen hoe sommige beslissingen tot stand komen. Soms denk ik: ‘hoe kun je dat in godsnaam verzinnen?’ Het is ook de rol van de oppositie vind ik. Dat beschouwende doe ik voor de mensen. Een stukje geschiedenis en achtergrond verheldert het verhaal. Het technische verhaal moet in de commissie plaatsvinden. In de raad het politiek inhoudelijke.”

Breda ’97 werd in het zelfde jaartal opgericht na de gemeentelijke herindeling. Wat voor rol speelt de partij op dit moment?

“Breda ’97 werd opgezet om de dorpen te begeleiden bij de gemeentelijke herindeling. In grote lijn is dat goed gegaan. Er is ook een discussie geweest voor de laatste verkiezingen. Aan de ene kant zat onze opdracht er op, onze taak volbracht. Toen hebben we besloten toch door te gaan en ons meer op de hele stad te richten. Daarom hebben we wat verjongd.”

Heeft Breda ’97 nu nog bestaansrecht en wat is dat dan?
“We hebben bij de laatste verkiezingen een stoeltje ingeleverd. We hebben last gehad van de landelijke ontwikkelingen, maar eerlijk gezegd vind ik ook dat we toen niet een erg sterke campagne gevoerd hebben. Nu denk ik dat het goed is onze oude koers te gaan varen en ons weer meer op de dorpen te richten. Dit is mede ingegeven door de veranderde houding van het college ten opzichte van de dorps- en wijkraden.

Waakzaamheid is geboden volgens Van den Berg. Er zijn op dit moment maar weinig gemeenten met zo’n rechts-liberaal college als Breda. Deze coalitie vaart niet de koers die Breda’97 voor ogen staat, meent hij. Lachend: “Met de verkiezingen in 2014 zijn we net zo groot als het CDA. Het kan dan twee kanten op.”

De fractievoorzitter is in het dagelijks leven piloot en instructeur bij de Koninklijke Luchtmacht. Een baan die hem in vele uithoeken en brandhaarden in de wereld bracht. Zo ook in Afghanistan. De ervaringen aldaar hebben hem deels gevormd. Eigenschappen die in de Bredase raadzaal terugkomen.

Hoe zie je dat terug?
“Ik kan het iedereen aanraden om eens zes maanden in een container te zitten en te reflecteren”, zegt Van den Berg met lach. Afgelopen 12 jaar heb ik verdeeld over kortere en langere periodes zo’n twee jaar uitzendingen gehad in het buitenland. Waarvan de langst aaneengesloten periode zes maanden in Bosnië. De rest verdeeld over oa. Afghanistan en andere landen. Als je ziet wat de mensen daar hebben en hoe ze omgaan met hun situatie. Dan denk je in de raad wel eens, waar gaat dit over?