Rechtszaak Bredase moord ‘Oma Mok’ moet over

BREDA/DEN HAAG – De Hoge Raad heeft dinsdag besloten dat de strafzaak rond de moord op ‘Oma Mok’ uit Breda over moet. Het herzieningsverzoek dat advocaat-generaal Aben hiertoe in juni indiende is toegekend.

Dat betekent dat zes veroordeelden mogelijk jarenlang onterecht hebben vastgezeten. Het was de eerste keer dat een advocaat-generaal een herzieningsverzoek indiende.

De zaak gaat om de moord die in de nacht van 3 op 4 juli in 1993 werd gepleegd. Toen werd een 56-jarige Chinese vrouw – ‘oma Mok’ – op gewelddadige wijze omgebracht in restaurant Peacock.

Drie mannen en drie vrouwen zaten hier jarenlang voor vast. Ze werden bekend als 'de zes van Breda'. De mannen werden veroordeeld voor doodslag, de vrouwen voor medeplichtigheid.

De veroordelingen zijn vrijwel uitsluitend gebaseerd op de bekennende verklaringen die de drie vrouwelijke veroordeelden tegenover de politie hebben afgelegd. Een van hen heeft al voor de behandeling van haar zaak in hoger beroep verklaard dat zij haar bekennende verklaringen wilde intrekken. De mannelijke veroordeelden hebben altijd ontkend dat zij bij dit misdrijf betrokken waren.

Volgens Aben zijn er in het onderzoek onderzoek ernstige aanwijzingen dat de bekentenissen die ten grondslag lagen aan de veroordelingen vals zijn geweest. Ook na consciëntieus forensisch onderzoek met geavanceerde technieken aan bewaard gebleven sporen op de plaats van het delict is geen enkel ondersteunend bewijsmateriaal gevonden voor deze bekentenissen.

Vier van de veroordeelden worden bijgestaan door advocaat Geert-Jan Knoops uit Amsterdam, twee anderen door de Bredase advocaat Joost Loevendie.

De zaak kwam aan het rollen na onderzoek van een groep studenten onder leiding van een rechtspycholoog.