Afbeelding

Bijval raad voor plan compacte stad Breda

Politiek

BREDA - De Structuurvisie 2030 geeft aan waarheen het moet met de stad in de komende periode. Woensdag gaf de gemeenteraad tijdens de commissie Structuurvisie een eerste oordeel over het plan van wethouder Arbouw. Dat oordeel was in algemene zin positief. Al was er uiteraard commentaar.

Alle partijen hadden wel zo hun eigen op- en aanmerkingen over de details. Zo maakte Ine van Hasselt van de VVD zich zorgen over de verkeersplannen met de buitensingels. Deze zouden volgens haar de stad op slot zetten. Volgens Breda '97 staat het verkeer echter nu al vast door de file.

Harde woorden
De structuurvisie 2030 bracht bij Sanne Bijlsma van de PvdA nostalgische herinneringen naar boven over een fotostudie. Net als haar afstudeerfoto was de structuurvisie volgens Bijlsma technocratisch, zielloos en zonder duidelijk einddoel. Een opmerking die zowel D66, de VVD als de SP verbaasde. "Dat zijn harde woorden die we niet eerder van u hebben gehoord", merkte Van Hasselt op. SP-voorman Patrick van Lunteren vond het vreemd dat de PvdA het plan nog steeds als realistisch bestempelde na deze uiteenzetting.

Het CDA bij monde van Henk de Wert maakte zich vooral hard voor de markante leegstaande gebouwen in de stad. Samen met D66 wil de partij een symposium organiseren om dit probleem bij de lurven te pakken. Wethouder Akinci vond het een goed idee, maar waarschuwde ervoor om geen eigenaar te worden van een nieuw probleem.

Blij met compacte stad
De liberalen van D66 waren op hun beurt vooral blij met de compacte stad: "de hectare-fetisjisten zijn uitgespeeld, dat is mooi", aldus fractievoorzitter Paul de Beer. Wel wilde De Beer graag dat de beeldskwaliteitstoets wordt vervangen door een toetsing waarbij meer rekening wordt gehouden met de omgeving. Verder zette hij in op duidelijkere keuzes aangaande de beroepssectoren waarop Breda zich zou moet richten. Overigens achtte wethouder Arbouw dat laatste niet verstandig. De keuze voor de compacte stad vond ook GroenLinks een verstandige keuze. Wel vond Sietzke Schokker dat er weinig aandacht was voor het buitengebied in de structuurnota. Verder pleitte ze voor minder nota's en meer uitwerking.

Randen van de stad
Iemand die ronduit negatief tegenover de strucutuurvisie 2030 stond was Patrick van Lunteren van de SP. Er werd teveel in geld gedacht, zo vond hij. Ook het idee van de compacte stad kwam op Van Lunteren niet geloofwaardig over: "Het is een compacte stad totdat iemand een zak geld op tafel gooit, dan kan er meteen weer gebouwd worden."
Dick Vuijk van Breda '97 vond dat de SP-er zijn eigen positie ondermijnde omdat zulke plannen eerst nog door de gemeenteraad moeten worden goedgekeurd. Breda '97 zelf maakte duidelijk dat zij in ieder geval groot voorstander zijn van de compactheid. Wel wenste hij meer aandacht voor de wijkdorpen Effen en Bavel.

Studentenwoningen
John Stubenitsky van Leefbaar Breda vond het goed dat de gemeente meer aandacht gaf aan studentenwoningen. Dit zou volgens hem ook de parkeerproblemen bij Hogeschool Avans en elders in de stad flink kunnen verminderen. Verder vond hij het belangrijk om de ontwikkelingen rond de kantoorbouw rond het centraal station met argusogen te volgen.

Hierbij verwees hij ook naar een landelijk rapport dat aantoonde dat bouwen rond sporen niet zaligmakend is. Wethouder Arbouw zei het rapport te kennen en maakte gelijk een paar kanttekeningen. Hij sprak twijfel uit of de situatie uit de randstad een-op-een is te vergelijken met die in Breda.

26 september 2013 neemt de gemeenteraad een definitief besluit.