Lijsttrekker De Beer: 'Openheid is enorm belangrijk'

BREDA - In de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen interviewt BredaVandaag.nl de lijsttrekkers. Wie zijn ze, waar komen ze vandaag en wat drijft ze. Deze keer: Paul de Beer (D66).

"Op 2 maart 1979 ben ik geboren in Roosendaal. Daar heb ik de eerste achttien jaar van mijn leven gewoond, maar ik heb veel familie in Breda. Er ligt hier veel historie voor mij. Ik voel me ook vaak meer een West-Brabander. Leven op een vierkante kilometer is mij te smal. Ik ben een buitenmens, houd ervan om in het bos te gaan wandelen met de hond. Het liefst doe ik dat ook op verschillende plekken, en daar is de buitenruimte van Breda zeer goed geschikt voor. Er is hier zo veel mooie natuur in de omgeving. Ik heb een jongere broer die in Australië woont. Iedere zondag proberen we te skypen. Dat is leuk, want dan ziet hij ook mijn tweede zoontje dat op 14 december is geboren."

Hockey
"Van huis uit ben ik bestuurskundige. Ik ben ooit begonnen met studeren in Rotterdam, maar dat ging niet zo goed. Ik kwam niet aan studeren toe, om het zo maar te zeggen. Ik was overigens niet alleen maar bezig met feest, maar hield me ook vijf dagen per week bezig met hockey. Op een gegeven moment ben ik toen gestopt en bij Philips in Roosendaal gaan werken. Daar kwam ik er toch wel achter dat ik weer wilde gaan studeren, dus toen ik 23 was ben ik in Tilburg bestuurskunde gaan doen. Na mijn studie heb ik een tijdje bij een adviesbureau gewerkt, daarna ben ik bij Avans Hogeschool gaan werken. Dat doe ik nog steeds met veel plezier."

"Ik ben altijd politiek geïnteresseerd geweest. Maar over het binden aan een partij heb ik lang nagedacht, ik vond dat een erg serieuze keuze. In 2004 ben ik lid geworden van D66. Voor mij was de transparantie-agenda van Van Mierlo erg aantrekkelijk. Die openheid is belangrijk voor mij. Daarnaast zie ik veel in het liberalisme dat de partij uitdraagt. Het vertrouwen op de kracht van mensen. Kritisch zijn op het handelen van de overheid. Voor mij zijn dat erg goede uitgangspunten."

Samen bouwen
"Toen ik in 2005 actief lid werd van de partij ging het slecht, stonden we op nul zetels in de peiling. Toen ik in Breda stond te flyeren, keken mensen me aan alsof ze de laatste D66’er zagen. Van het slecht weer waarin de partij verkeerde werd een mens niet vrolijk, maar je bouwt wel samen - met de hele ploeg - weer verder. Door Alexander (Pechtold, red) en onze landelijke, consistente agenda ging het steeds beter. De partij is professioneler geworden, heeft meer body gekregen."

"In 2007 ben ik commissielid geworden in Provinciale Staten Noord-Brabant. Daar heb ik een fantastische tijd gehad. Het was erg leerzaam, mede door de vele werkbezoeken. Brabant is heel groot, maar dat merk je pas als je overal komt. Voor mijn eigen verbreding was dat heel goed, je blijft leren. Tot 2011 heb ik bij de PS gezeten, ik wilde de vier jaar volmaken. In 2010 werd ik ook fractievoorzitter in Breda."

"Ik merk dat er veel collega’s zijn die doen alsof ze foutloos zijn. Maar volgens mij mag je best wel eens twijfelen, iets niet zeker weten. Als je terugkijkt op iets, is er niks mis mee om te zeggen dat je hebt bijgeleerd. Dat is in het bedrijfsleven ook zo, maar in de politiek wordt dat al snel draaigedrag genoemd. Dat vind ik raar."

"Wat we hebben bereikt in Breda qua financiën, daar ben ik wel erg trots op. De urgentie van de problemen was enorm, maar ik ben trots op het feit dat we dat probleem hebben aangepakt en niet voor ons uit hebben geschoven. Ik denk dat veel andere gemeenten nog last gaan krijgen. De grootste uitdaging voor nu is om de Bredase economie weer echt te laten bruisen, de stad aantrekkelijk te maken. Dat is iets wat de gemeente niet alleen kan doen, daarvoor moeten we heel goed samenwerken met ondernemers."

Bijdragen aan de stad
"De landelijke politiek trekt me ook wel. Maar hoe en wanneer, dat weet ik nog niet. (Lachend:) Ik sta op plek 21, dus virtueel zit ik nu in de Tweede Kamer. Maar komende periode wil ik vanuit de gemeenteraad blijven werken, ik heb niet de ambitie om nu te vertrekken. De komende vier jaar zijn vreselijk belangrijk, net als het coalitieakkoord dat gesloten moet worden. We zijn langs de rand van de financiële afgrond gescheerd, hebben moeten bezuinigen, dus nu wil ik weer gaan opbouwen. Ik wil de stad houden aan de structuurvisie, die verrassend veel overeenkomt met de plannen van D66. Ik wil die plannen realiseren, de compacte stad behouden en uitwerken. Daar wil ik bij zijn, aan bijdragen, en ook die dingen tot wasdom zien komen."

"Daarnaast ben ik verknocht aan Breda. Ik woon met veel plezier in Princenhage en zie ook daar de leuke dingen van stad en dorp. De stad heeft een unieke combinatie wat dat betreft, en heeft een prachtig buitengebied; je staat zo in het bos. Die kwaliteit moet gekoesterd worden. Ik heb een leuke werkgever, een jong gezin. In combinatie met het fractievoorzitterschap ziet de agenda er soms pittig uit, maar politiek resultaat zien van inspanningen, dat maakt het het allemaal waard."