Megavondst drugs en wapens bij growshop. foto Openbaar Ministerie
Megavondst drugs en wapens bij growshop. foto Openbaar Ministerie

Focus op jongerenoverlast, drugs en onveiligheidsgevoel

Algemeen

BREDA - De cijfers uit de Veiligheidsmonitor vielen volgens verschillende raadscommissieleden vrij hoog uit. Zo is er een stijging in drugscriminaliteit te zien. Dat kwam volgens de burgemeester door een hardere aanpak. "We zetten daar flink op in. Hoe meer je weet over een tak van criminaliteit, hoe hoger je cijfers worden. Het is niet zo dat het per definitie veel meer is geworden", legde hij uit.

“De drughandel neemt toe. Is die stijging van drugsproblematiek niet onacceptabel”, vroeg Rick Zagers (VVD) zich af. Basile Lemaire (CDA) ging daar op door: “Ondanks grotere handhaving wordt drugs als een groter probleem ervaren. We lijken terrein te verliezen op de drugscriminelen. Er is lik-op-stuk beleid nodig om dat te stoppen.”

“In sommige wijken hebben we de controle niet”, ging Lemaire verder. “Daar durven bewoners niets te zeggen wegens bedreigingen. In sommige wijken zie je je kind niet graag opgroeien. Wij krijgen signalen binnen dat er kinderen van twaalf jaar oud in drugs handelen”, benoemde Lemaire het probleem.

De burgemeester reageerde fel. “Als u mij zegt dat er dealers van twaalf jaar zijn, dan sta ik vanavond nog in die wijk. Ik wil dat heel graag weten. Aan borrelpraat en wilde verhalen heb ik niets. Maar als het zo is, dan gaan we er vanavond nog op zitten. Daar zijn we heel strak op, want dat kan niet”, zei Van der Velden. Lemaire gaf aan de informatie graag te delen met de burgervader.

’Hoe meer we weten, des te groter het probleem lijkt’
Daarnaast wilde de burgemeester een en ander toelichten over de stijging van de drugsoverlast. “Hoe strakker de politie erop zit, hoe meer er naar boven komt. We zijn er vreselijk strak op. Dat zie je terug in de statistieken, we weten steeds meer. Maar dan krijgen we dus ook veel grotere cijfers. De heer Lemaire schetst een somber scenario, maar we zijn erg actief. Juist ook in de bestrijding van grotere problematiek”, legde hij uit.

Duiding aan cijfers
Tim van ‘t Hof (D66) was vooral op zoek naar duidelijkheid in de cijfers van de Veiligheidsmonitor. “Voor we hier als raad de prioriteiten bespreken, hebben we die duidelijkheid nodig. Is het vreemd dat er in het centrum meer geweld en jongerenoverlast is ten opzichte van de rest van de stad? Daar is immers het uitgaanscentrum. En waarom wordt jongerenoverlast in één adem genoemd met criminele jeugdbendes. Die stijging in drugs, is dat hard- of softdrugs? Waar moeten we het zoeken”, vroeg Van ‘t Hof zich af. “In de volgende monitor zien we graag ook de maatregelen.”

Karen Vermariën (SP) had eveneens vragen over de jongerenoverlast. “In bijvoorbeeld de Haagse Beemden komt dat absoluut niet door criminele jongeren. We moeten meer inzetten op preventie en activiteiten. Jongeren moeten ergens terecht kunnen. En juist in deze wijk wordt een buurthuis gesloten, terwijl we het daar nodig hebben. Zijn er daar mogelijkheden in?” Ook Henk van der Velde (PvdA) had vragen over de jongerenoverlast. “Zit dat niet ook in wederzijds onbegrip?”

Van der Velden was duidelijk over de overlast door jongeren. “Jongeren zijn niet hetzelfde als criminelen. We proberen een duidelijk zicht te krijgen over de samenhang en de manieren om problematiek op te lossen.” Ten aanzien van het veiligheidsgevoel zei hij: “Die beleving, die is subjectief. Dat kan je niet wegnemen of bagatelliseren. Vorig jaar stonden we in de top 10 in de AD misdaadmonitor, nu op de 14e plek. Dat is een pluspunt, maar het blijft te veel. Elke vorm van narigheid of onveiligheid voor Bredanaars is te veel.”