Patrick van Lunteren bij de installatie van het college van Breda'97, CDA, GroenLinks, PvdA en SP op 15 mei 2014. foto Peter Visser
Patrick van Lunteren bij de installatie van het college van Breda'97, CDA, GroenLinks, PvdA en SP op 15 mei 2014. foto Peter Visser

Weinig enthousiasme wijkraden voor wijkplatforms

Algemeen

BREDA - Wijkraden zijn niet enthousiast over de wijkplatforms die activiteitensubsidies moeten gaan verdelen. Wijkraden noemen het plan niet goed doordacht en missen maatwerk. Ook stellen zij dat er te weinig regels zijn vastgesteld over de opzet van het platform en spreken ze over het verdelen van slechts ‘de kruimels van de koek’.

De wijkplatforms zijn eind 2016 in het leven geroepen als netwerk van bewoners en professionals, die initiatieven vanuit de wijk beoordelen. Voorheen moest er voor een financiële bijdrage een verzoek worden ingediend bij de gemeente. Nu geeft het wijkplatform een advies op basis van het draagvlak en bijdrage aan de leefbaarheid. Iedere wijk krijgt €2,50 te besteden per wijkinwoner.

Het plan
“Ik sta wel 100% achter de gedachte van de gemeente, dat bewoners meer zelf mogen beslissen”, vertelt Leo van den Berg, voorzitter wijkraad Breda-Noord. “Alleen denk ik dat dit plan beter doordacht had moeten worden. Ik zie zo’n idee van een wijkplatform liever van onderaf komen, vanuit de bewoners, in plaats vanuit het stadskantoor. Er moeten nu mensen voor geënthousiasmeerd worden.”

Piet Maanders, voorzitter wijkraad Stadshart/Valkenberg, twijfelt aan de toegevoegde waarde voor het centrum. “Er wordt al heel veel georganiseerd dus ik denk dat het moeilijk wordt om te kijken wat we hier nog voor initiatieven de kans kunnen geven.” Van den Berg: “Iedere wijk heeft iets anders nodig, nu wordt er in iedere wijk maar hetzelfde plan opgelegd door de gemeente. Het had eigenlijk maatwerk voor iedere wijk moeten zijn.”

Ad Brekoo, voorzitter wijkraad Haagse Beemden, plaatst zijn vraagtekens bij het gebrek aan regels. “Er zijn alleen regels gemaakt over waar een initiatief aan moet voldoen maar niet over hoeveel mensen er bijvoorbeeld in het wijkplatform mogen zitten. Er moet ook opgelet worden dat mensen niet alleen uit een bepaald deel van de wijk komen, dan is het wijkplatform namelijk alleen representatief voor dat deel van de wijk.”

Totstandkoming platforms
In het Stadshart/Valkenberg en in Breda-Noord zijn de wijkplatforms nog niet van start gegaan, in de Haagse Beemden wel, met negen leden. “Wij hebben nu zelf wat minimale regels opgesteld, die we een jaar de kans gaan geven”, aldus Brekoo

De totstandkoming van de platforms verloopt traag, vindt Van den Berg. “Ik heb inmiddels al vijf gesprekken met de gemeente gehad en het is nog niet concreet. Dat is een beetje zonde van mijn tijd, ik zou die tijd liever besteden aan de initiatieven die bewoners in mijn wijk al hadden.”

Het budget
Een ander punt van kritiek is het budget. “Ik heb het gevoel dat de bewoners van mijn wijk nu mee mogen beslissen in de kruimels van de koek. Over grote beslissingen van de wijk bepalen namelijk alleen de vaste subsidiepartners mee, terwijl ook daar de bewoners aan tafel zouden moeten zitten”, vindt de wijkraadvoorzitter van Breda-Noord. Dat zelfde zegt Maanders: “In het stadshart wonen misschien 2500 mensen, dat betekent maar iets meer dan €6000 om te besteden.”

Reactie wethouder
Patrick van Lunteren (SP, wethouder wijken), begrijpt de kritiek van de voorzitters. “Ik snap ook wel dat het voor die wijkraden allemaal spannend is. We hebben expres niet te veel regels gemaakt, omdat er niet één blauwdruk is die voor iedere wijk geldt”, legt Van Lunteren uit. “Iedere wijk is anders en daarom moeten zij zelf een samenstelling kunnen maken.”

Daarmee vangt de wethouder twee punten van kritiek ineen: waarom er geen sprake zou zijn van maatwerk en waarom er weinig regels zijn. “Het begint allemaal bij elkaar, uiteindelijk moeten de inwoners van de wijk betrokken raken en met initiatieven komen.”

Hij stelt dat het platform dynamisch moet zijn. “Dat betekent dat groepen elkaar moeten aanvullen en samen moeten werken. Het moet zeker niet een groep van tien vaste mensen worden die een paar keer per maand samen komen, daarom hebben we geen blauwdruk en is er sprake van maatwerk per wijk.” En over de samenstelling: “Als er uit een wijk alleen uit een bepaald deel mensen komen, dan zet dat de mensen uit andere delen toch wel aan het denken. Dan komen ze er vanzelf bij.”

Het bedrag van €2,50 per persoon komt voort uit een rekensom: “We hebben het bedrag wat normaal de jaarlijkse subsidie was naar ratio verdeeld en daar kwam dat bedrag uit.” Wel vertelt hij dat er bedragen overgeheveld kunnen worden. “Stel dat er in de ene wijk geld overblijft, maar in de andere iets niet gedaan kan worden doordat het geld op is dan kunnen we gaan kijken of het overgebleven geld daar tot zijn recht kan komen.”