Politieke nieuwkomer Joyce de Goede: ‘Eigen regie, maar met gelijke kansen’

BREDA - Over een paar maanden mag Breda weer naar de stembus voor de gemeenteraadsverkiezingen. Bijna elke partij heeft zijn kandidatenlijst klaar. BredaVandaag gaat in gesprek met potentiële nieuwkomers in de raad. Wie zijn ze en wat willen ze bereiken? Vandaag, Joyce de Goede, 45 jaar, geboren en getogen in Breda. Kandidaat voor D66.

In het dagelijks leven is ze werkzaam bij de GGD als onderzoeker. Ze woont samen met Mariëlle en hun twee pleegkinderen, die al een groot aantal jaren bij hen zijn. Nu staat ze vijfde op de lijst van D66 in Breda.

Waarom bij deze partij?
“Ik stem al jaren D66. Wat ik zelf belangrijk vind en waar zij voor staan, is dat mensen de eigen regie en hun eigen leven moeten houden. Als ik kijk vanuit mijn werk voor jeugdzorg, maar ook als pleegmoeder zijnde dan zie ik dat kansen niet gelijk verdeeld zijn. Ook niet in Breda. Het gaat mij eigenlijk om die gelijke kansen. Armoede wordt vaak van generatie op generatie doorgegeven. Als je dat wil doorbreken, dan moet je bij de kinderen beginnen. D66 staat voor onderwijs. En ik zeg altijd: ‘onderwijs is de beste preventie’.”

Hoeveel jaar ben je al lid van D66?
“Nog niet zo lang. Ik heb gestudeerd, ben gaan werken en heb pleegkinderen gekregen. Tussendoor ben ik ook nog gepromoveerd en toen werden mijn ouders ziek, voor wie ik samen met mijn zussen mantelzorger ben geweest. Ik heb er eigenlijk nooit tijd voor gehad om met politiek bezig te zijn. Nu is daar ruimte voor, dus vind ik dit een hele mooie uitdaging.”

Wat is je eerste politieke herinnering?
“Mijn eerste politieke herinnering is niet zozeer uit de gemeentepolitiek. Ik heb vroeger op het Newmancollege gezeten en ik ben daar een tijdlang voorzitter geweest van de leerlingenraad. Dat ging over punten als muziek in de pauze en of we appelflappen mochten verkopen in de pauze. Dat is ook politiek die je probeert te bedrijven. Je moet dan kijken hoe je met de directie omgaat, en daarnaast moesten we samenwerken met de ouder- en docentenraad. Ik vond dat leuk en daar was ik eigenlijk best goed in.”

Welke portefeuille ambieer je?
“Onderwijs vind ik wel heel interessant. Zorg ook. Daar werk ik al jaren in en weet ik ook veel van. Wat ik ook wel heel belangrijk vind is de omgeving. Er komt een nieuwe omgevingswet aan. Hoe borg je de gezondheidsaspecten daarin? Dat is eigenlijk iets wat ik al jaren doe, maar ik wil het nu gaan benaderen vanuit de politiek. Kijken wat je daar nog kunt doen om dat te bewaken en toe te zien dat er in de gemeente ook een goede en leefbare omgeving is.”

Wie is je politieke voorbeeld?
“Ik kijk graag naar onze stadsgenoot, Klaas Dijkhoff. Niet omdat hij van de VVD is”, lacht ze, “maar ik vind de manier waarop hij debatten ingaat en zichzelf onder woorden kan brengen heel knap. Dat hij standvastig is ook. Misschien niet altijd voor de juiste dingen, laat ik dat voorop stellen, maar de manier waarop hij dat doet daar kijk ik wel met heel veel plezier naar. Ik vind hem heel degelijk overkomen. Daar hou ik wel van. Weten waar je voor staat, daar ook goed vorm aan geven, maar het ook goed kunnen uitleggen wat je doet. Dat vind ik wel heel belangrijk. Uitleggen wat kan en wat niet kan.”

Heb je ambities binnen de landelijke politiek?
“Nee vooralsnog niet. Ik vind dit echt al spannend en leuk genoeg. Ik wil eerst de lokale politiek kennen, hoe dat allemaal werkt en dat ervaren vooral. Juist ook de mogelijkheden zoeken vanuit de gemeenteraad, wat je allemaal wel en niet kunt realiseren. Dat wil ik graag leren.”

Wat hoop je te bereiken als je in de raad komt?
“Ik maak me zorgen om schooluitval op mbo’s. Die is daar relatief vrij hoog. Ik maak me sowieso zorgen dat er te weinig mensen zijn die van het mbo afkomen. Er zijn een heleboel vacatures die gewoon niet te vervullen zijn. Ik zou me daar echt wel voor willen inzetten. Hoe we er als gemeente aan kunnen werken, dat kinderen uit kwetsbare posities ook een baan kunnen vinden?”