De Grote Kerk.
De Grote Kerk. Foto: Wijnand Nijs

De Grote Kerk: 'Knokken voor het stadssymbool'

Door: Guus Arnouts Algemeen

BREDA - Vraag de Bredanaar naar zijn stad en hij wijst naar de Grote Kerk als trots middelpunt. De afgelopen jaren stond de Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk met regelmaat in de steigers.

Eigenlijk is de Grote Kerk veel meer dan een kerk. "En dat is 'ie altijd al geweest", aldus Grote Kerkbaas Willem van der Vis. "Op dit moment zijn wel iedere week evenementen in de kerk", vertelt Van der Vis terwijl hij met een breed armgebaar door 'zijn' kerk loopt. Als directeur beheert hij het icoon van de stad. "Icoon, zeg maar gerust symbool. Er zijn wel tientallen NAC-fans die de toren als tattoo hebben. De kerk is traditie, een symbool en onderdeel van een identiteit. Een Bredase identiteit die mensen bindt."

Geschiedenislesje
Even kort voor de Bredanaar die de achter- grond van de Grote Kerk niet kent. Van der Vis: "Gebouwd in de vijftiende eeuw door de Nas- saus als een vingerverwijzing naar God en als statussymbool om hun macht te laten gelden." Maar ook in die tijd vonden er 'evenementen' plaats. "De kerk, en dat is best uniek, is altijd open geweest voor het publiek. Men kwam hier een ommetje te maken, om even tot rust komen of om elkaar te ontmoeten. Het was toen al een 'wandelkerk'. In de vijftiende en latere eeuwen werden in de kerk trouwens ook mededelingen gedaan en stadsnieuws verkondigd."

Problemen
Het ging niet altijd goed met de kerk. "En met de stad ook niet", gaat Van der Vis verder. "Breda is tijdens de tachtigjarige oorlog zo'n zeven
keer van eigenaar gewisseld. In 1637 werd de stad blijvend protestant: alle overheidsfuncties mochten slechts door protestanten bekleed worden." Dat duurde tot de negentiende eeuw; de Katholieken in Brabant verlieten hun schuilkerken. Maar de protestanten zagen hun gelederen in het Brabantse en Bredase krimpen. "Met als gevolg dat in de 20e eeuw de bodem van de schatkist voor het beheer van het gebouw snel in zicht kwam." In 1979 bleek de situatie niet meer houdbaar, in 1990 stond het dak zelfs op instorten.

Weinig veranderd
En daarmee moest nieuw geld op de plank komen. Maar hoe? Schenkingen liepen niet, entreegeld heffen evenmin. Wat te denken om nu een Grote Kerkbelasting in te voeren? "Oh, maar die is er eigenlijk altijd al geweest", lacht Van der Vis. De heren van Breda hieven tol en legden belastingen op. Van dat geld kon de kerk overeind blijven. "Tweederde van de financie¨n werd toen door de heren van Breda geleverd.
De rest, dus alle kwartjes en dubbeltjes, kwam van het volk." En eigenlijk is dat nog steeds zo, zegt hij. "De heren van Breda, dat is de overheid, alleen het volk legt nog maar weinig geld bij."

Wat kost zo'n kerk?
Van der Vis rekent even door. "In de komende tien jaar kost de restauratie zo'n 960.000 euro per jaar, dan is de kerk volledig gerestaureerd. Daarvan betaalt de overheid tweederde. De rest moeten we zelf opbrengen. Maar dan kan de kerk er wel weer tegenaan voor de komende honderd jaar." Toch een riant bedrag om het symbool van de stad in stand te houden. En daarom zoekt Van der Vis met een heel team naar steun en nieuwe invullingen van het gebouw.

Evenementenkerk
"De kerk werd altijd al gebruikt voor ceremonie¨le of semi-ceremonie¨le taken. In 1796 is hier bijvoorbeeld de facto de provincie Noord- Brabant opgericht", vertelt Van der Vis terwijl hij naar een plaquette naast de deur wijst. Maar anno 2018 vinden er ook concerten, de nieuwjaarsborrel van de gemeente, trouw- partijen, exposities en culturele activiteiten plaats. "Het gebouw is eigenlijk nog steeds het kloppend hart van de stad." Om dat zo te houden heeft de Grote Kerk alle vormen van steun van de Bredanaar nodig, besluit hij. "En dat kan echt gemakkelijk en tegen een laag bedrag." Je kunt het ook anders zien, stelt hij: "Wat is Breda zonder Grote Kerk? Dat wil toch niemand!
Dat zou een gapend gat in het hart van de stad betekenen."

Blik vooruit
Kees Sol, voorzitter van de Stichting Grote Kerk, is bezig met de rol van het gebouw in de toekomst. "En wat er daarbinnen gebeurt. Want het erfgoed is veel meer dan wat stenen." Op dit moment wordt er gekeken naar een invulling op de lange termijn. "Dat betekent niet zozeer de losse evenementen of 'een museum', nee misschien moet de kerk terug naar de basis. De Nassaus hebben hem ook gebouwd als een plek van beleving, niet zozeer voor belevenissen." Dat rustpunt is volgens hem belangrijk en wordt ook steeds belangrijker in de toekomst. "We gaan nu onderzoeken of die invulling de juiste is in combinatie met het unieke gebouw."