Rechtbank beslist: bouw moskee in Breda-Noord ligt stil

BREDA – De bouw van de moskee aan de Vlaanderenstraat in Breda-Noord ligt stil. Dat is het gevolg van de uitspraak van de voorzieningenrechter woensdag. Het gaat om een tijdelijke maatregel, aangevraagd door bezwaarmakers uit de buurt. 

De rechter plaatst in zijn uitspraak vraagtekens bij de rechtmatigheid van het besluit voor een omgevingsvergunning voor de bouw van de moskee. Hij noemt het ‘een zwaar gebrek’ dat burgemeester en wethouders op een strook grond met de bestemming ‘groen’ een parkeerstrook en de nieuwbouw van de moskee toestaan.

Kwalijke rol

SP-fractievoorzitter Bas Maes vindt dat de gemeente hier een kwalijke rol heeft gespeeld en dat de uitspraak van de rechter een bevestiging is dat de omwonenden wel degelijk terechte bezwaren hadden over het proces en de bouw in de groenstrook.

“In plaats van voor draagvlak te zorgen in de buurt, zijn groepen tegen elkaar opgezet. Als er iets een beladen thema is, is het wel de islam en alles wat daarmee samenhangt. Wethouder Greetje Bos is misschien nieuw, maar wethouder De Beer had beter moeten weten. Dit valt de initiatiefnemers, de Turkse gemeenschap in Breda, niet te verwijten.”

Tegenslag

De Turks Islamitische Stichting Breda kocht het voormalige politiepand aan de Vlaanderenstraat een paar jaar geleden om er een Turks ontmoetingscentrum van te maken. De gebedsruimte zou eerst in het pand komen, later is besloten om de moskee ernaast te bouwen. De bouw van de fundering van de dertig meter lange en bijna negen meter moskee is al gestart. Naast de moskee moet ook nog een negen meter hoge minaret komen.   

Bezwaren

De buurtbewoners zijn al langere tijd in verzet over de komst van de moskee. Ze voelen zich op het verkeerde been gezet, omdat zij vinden dat er pas later sprake was van de komst van een moskee. Het college kwam tijdens een bijeenkomst met de buurt op 20 november voor uitleg naar de buurt. Wethouder Greetje Bos (VVD) bood toen haar excuses aan. “Maar wat is die ‘sorry’ waard als de dag erna alsnog de eerste palen de grond ingaan”, vraagt Maes zich af.

Toekomst
Hoe nu verder? “In plaats van dat de gemeente zich weer stort in een juridische loopgravenoorlog zoals we dat bij De Lunet hebben gezien, zou het verstandig zijn met de partijen om de tafel gaan met de intentie er samen uit te komen. En ditmaal niet met een wijzend vingertje naar omwonenden, maar met een luisterend oor.”