College: Ginneken moet dorps blijven

Nieuws

BREDA – Een dorpse uitstraling, dat is de toekomstvisie voor het Ginneken. Na twee jaar van onderzoek en overleg tussen gemeente, bewoners en de Klankbordgroep gaat het college gaat akkoord met een nieuwe de Nota van Uitgangspunten voor het Ginneken. Dat maakte wethouder Janus Oomen van Ruimtelijke Ontwikkeling woensdag bekend.

Het college wil zeventien van de veertig uitgangspunten die de klankbordgroep Ginneken had vastgesteld overnemen in het nieuw te bepalen bestemmingsplan. “De nota moet eerst aan de commissie worden voorgelegd. Ik neem de mensen die hieraan hebben meegewerkt heel serieus. De visie moet worden gewaarborgd.”

Een van de punten dat voortkomt uit bijeenkomsten van de klankbordgroep en het bewonersadvies is het behoudt van historische en dorpse karakter van de Bredase wijk. De twee woordvoerders van de Stichting Leefbaar Ginneken, Peter Moerenhout en Jeroen Leemans stellen dat het niet de bedoeling is dat het Ginneken onder een ‘kaasstolp’ moet komen, maar wel mee moet ontwikkelen.

Verder wordt in de nota vermeld dat het Markdal onbebouwd moet blijven en dat de openbare ruimte niet kleiner mag worden. “De volgende stap is de uitgangspunten invulling te geven binnen het bestemmingsplan”, zegt Leemans.

“Het is een belangrijk stap. Er is een visie en de nieuwe plannen moeten daaraan worden getoetst. Maar dat gaat niet in een keer. Morgen verandert de wereld niet”, aldus de wethouder.

Het stuk kwam tot stand door de uitgangspunten van de klankbordgroep Ginneken en een onafhankelijk burgeradvies samen te voegen. Een onafhankelijk onderzoek viel in eerste instantie niet goed bij de Leefbaar Ginneken, de initiatiefnemer achter de klankbordgroep. De Stichting vroeg zich wat voor nut het klankbord dan had.

Moerenhout en Leemans waren verrast dat er zoveel raakvlakken tussen de punten van de groep en de uitkomsten van het onafhankelijk onderzoek bestonden. “Het bevestigde dat de lijn van de klankbordgroep de juiste was. Het is de basis voor de komende jaren.”