St. Ignatiusziekenhuis. FOTO RINIE MAAS
St. Ignatiusziekenhuis. FOTO RINIE MAAS Foto: Rinie Maas

Het St. Ignatiusziekenhuis niet op de vlucht in oorlogstijd

BREDA - Het St. Ignatiusziekenhuis zat in 1940 met de handen in het haar. Moest men vluchten of blijven? De hulp kwam van nooit of te nimmer gedachte zijde!

DOOR RINIE MAAS

De avond voor Pinksteren 1940: Met donderend geraas slaat een bom in bij de singel. Vrijwel alle ruiten van de voorgevel en vele elders begeven het. Van alle kanten stroomt men het ziekenhuis binnen. Dat dreigt verkeerde gevolgen te hebben: voor de eigen bewoners, voor de patiënten die in de schuilkelder zijn ondergebracht. En dan…volgt de mededeling van de evacuatie. Oproep? Bevel? Neen, zeker geen bevel. Een aantaL Bredanaars blijft thuis bij eigen haard. Blijven of vertrekken is ook een enorm vraagstuk voor directeur dr. Klein Swormink en zijn doktoren voor de patiënten van het St. Ignatiusziekenhuis.

BBA

Er zijn geen auto's meer beschikbaar – ze zijn nagenoeg alle door de militairen meegenomen – en in de loop van den dag blijkt er geen enkele instantie meer aanwezig die hulp kan bieden. En…dat is de reden dat de directeur met een vol ziekenhuis in Breda blijft zitten. Men kan zich afvragen wat een vlucht had moeten voorstellen. Maar het was wel degelijk dè optie. Een enigszins te vergelijken voorbeeld dienaangaande is het feit dat voor de oude van dagen in de Leuvenaarstraat (de meesten niet fit) wèl een vluchtplan is gevormd en met succes is uitgevoerd, dankzij de BBA. De nobele prestatie staat op naam van de dienst employee in die dagen Van Gils, terzijde gestaan door zuster Van der Meiden, die niet een keer maar keer op keer een bus met 'mensen van de dag' door de vuurlinie naar Achtmaal weten te vervoeren.

Schuilkelder

Hoe was op de dag van de Vlucht op de eerste dag van Pinksteren de situatie voor de meest kwetsbaren van de Bredase bevolking onder de dreiging van de naderende Duitse aanvalstroepen in het St. Ignatiusziekenhuis zelf? Volgens het door de tijd nog nauwelijks te lezen dossier werd "het in den grooten schuilkelder van Ignatius, waar 400 personen bijeengebracht waren, waaronder vele ernstige zieken en gewonden, niet meer ter been zijnde oude van dagen, enz. steeds benauwder". De geestestoestand van verschillenden krijgt door de omstandigheden een harde knauw. De electriciteitsvoorziening is door de interne verhuizing met bedden en ziekenapparatuur, afgebroken; er is ook geen stromend water meer, geen gas.

Malaise

De specialisten zitten met de handen in het haar: opereren is onmogelijk geworden. Een algehele toestand van malaise en depressie maakt zich van de bevolking meester en…opnieuw klinkt de indringende oproep om te evacueren omdat bij tal van zieken kleine ingrepen operatief dient te gebeuren en geen uitstel van dagen kan leiden. "Laat ons, ondanks de gevaren zien weg te komen naar een adres met water en electriciteit", luidt het oordeel van dokters en verantwoordelijken.

Vervoer

Directeur dr. Klein Swormink heeft het besluit al genomen om zich tot de Franse commandant te wenden en ook hiervoor is vervoer nodig om snel weg te komen van het granaatvuur waarmee zo nu en dan de stad wordt bestookt en ongelukkige treffers van het Franse leger te omzeilen die hiermee de oprukkende Duitse troepen schrik willen aanjagen. De tegenstand was onbenullig en zij bracht de stad zelf in grote moeilijkheden.

Onmogelijk!

In dit geval brengt hospitaalsoldaat Dirk van der Marel met zijn auto uitkomst. Met hem en de Roode kruis-helpsters, de zusters van Mierlo en Rouppe van der Voort wordt door de gevaarlijke zône naar de Franse commandant getrokken. Er wordt belet aangevraagd doch dr. Klein Swormink krijgt op zijn vraag om te evacueren: "C'est impossible". Geen uitleg. Geen overleg om iets voor zijn zieken te ondernemen. Een slap antwoordje. Onmogelijk!

Contact!

Op de Tweede Pinksterdag gaat de directeur er weer op uit. Hij constateert dat het aantal Fransen vermindert en door inlichtingen bij collega's buiten Breda weet hij dat de Duitsers heel nabij zijn. Hij wacht op de kans van een eerste contact met hen. Ondertussen zit de directeur nog met militairen van drie verschillende nationaliteiten. Met hun wapens. In verband met het contact met de Duitse leiders lijkt het gewenst eerst die wapens in te nemen en op te bergen. Daarna gaat men op zoek naar het Duitse commando. Klein Swormink hoort van zijn collega dr. Struycken dat de Duitse commandant Graaf Sponeck in hotel Mastbos verblijft. De hachelijke situatie wordt aan hem uiteengezet.

Sponeck helpt!

"Wir schaffen das", zegt Sponeck. Een hauptman vergezelt de directeur naar het ziekenhuis om de wapens in ontvangst te nemen. Aan de bevolking wordt er door de Duitsche wehrmacht bussen met melk verstrekt. De elektriciteit is gerepareerd. Er komt gas en water. Het ziekenhuis kan weer normaal fungeren. Weg grootste angst. Er wordt opgelucht ademgehaald…dankzij de Duitsers.

Bron: Bredase Courant 17 juni 1940. [l]