Elders werken horecasluitingstijden wel

CENTRUM – De horecasluitingstijden, een heet hangijzer in de Bredase samenleving. Politiek, bedrijfsleven en bewoners van de binnenstad buitelen al jaren over elkaar als het gaat om de juiste invulling. Doet Breda nou zo moeilijk of zijn ze in andere steden nou zo slim?

Na een mislukte poging met een vensteruur wordt nu het nieuwe beleid van afgelopen jaar onder loep genomen. Een successtory lijkt het niet te worden. Nu al komen veel negatieve geluiden van horecaondernemers. Volgens hen gaat de sfeer van de binnenstad naar de knoppen.

In vergelijkbare steden, zoals Groningen, Tilburg, Arnhem en Nijmegen lijkt geen vuiltje aan de lucht. Het beleid verschilt onderling soms veel van elkaar, maar wordt geaccepteerd door zowel de horeca als de centrumbewoners.

Geen sluitingstijd
In Groningen is alles al 20 jaar het zelfde. Geen sluitingstijd is volgens de gemeente aldaar de beste manier. De uitbaters mogen zelf uitmaken hoe laat zij dichtgaan of open.

“Een onderzoek uit de jaren 90 toonde al aan door het vrijgeven van de sluitingstijden de overlast wordt beperkt. De spreiding van het uitgaanspubliek is gegarandeerd. De centrumbewoners zijn het gewend en er zijn geen problemen”, aldus dus een woordvoerder.

In Nijmegen geldt vanaf begin jaren negentig een zelfde soort beleid. Het enige verschil dat een vensteruur is ingesteld. Dat houdt in dat na vier uur niemand meer binnen mag. Maar de horeca mag wel zelf uitmaken hoe laat ze uiteindelijk sluiten.

“De bewoners in het centrum waren de enige die echt tegen waren. Uiteindelijk is het na een jaar proefdraaien in de Algemene Plaatselijke Verordening gekomen. Wat jaren daarna is dus een beperking ingevoerd: de venstertijd”, aldus de gemeente Nijmegen.

Soepel
Esther Roelofs van de Koninklijke Horeca Nederland (KHN) bevestigt het ‘soepele’ beleid in Nijmegen. “Het is er goed geregeld. Iedereen lijkt tevreden”, meent Roelofs.

In Arnhem gaat het er heel anders aan toe, toch zegt de gemeente dat het sinds 2006 geldende beleid goed functioneert. In de stad mag de horeca openblijven tot 04.00 uur en nachtzaken tot 05.00 uur. Ook hier geldt de venstertijd van een uur.

“Zoals altijd zijn er in dit soort situaties voor- en tegenstanders, maar het loopt tot nu toe prima”, zegt een woordvoerder van de gemeente.

De KHN ziet ook nadelen, met name voor de nachtzaken. “Van de tien nachtzaken zijn er nog maar drie over. Dat heeft alles te maken met het sluitingstijdenbeleid. Ik denk dat het in Nijmegen prettiger is geregeld. Ondernemers beslissen zelf en wordt het niet zo krampachtig”, aldus Roelofs.

tevredenheid
Op stapavonden mogen in Tilburg alle zaken open blijven tot 04.00 uur, inclusief vensteruur. Het beleid geldt hier al ruim tien jaar en heeft volgens de gemeente en de KHN geleid tot tevredenheid.

“De horeca is het helemaal eens met het sluitingstijdenbeleid. In zijn algemeenheid gaat alles goed. Natuurlijk zijn er altijd zaken die nadeel ondervinden, maar die zijn in de minderheid. We hebben het in goed onderling overleg met gemeente, politie en de ondernemers afgesproken. Daarom gaat het goed”, zegt Coran van Iersel, voorzitter van de KHN Tilburg.

De gemeente wijst op een recent gehouden enquête onder de uitbaters. Daar kwam volgens een woordvoerder niet veel uit. “Het blijkt dat iedereen tevreden is. Soms wordt er wel een proefballonnetje opgelaten, maar daar blijft het bij. Ik denk dat het hier goed gaat, omdat we de ondernemers gewoon duidelijkheid bieden."