Akinci: 'Bredanaar niet de grootste afvalproducent'

BREDA - De Bredanaar is helemaal niet de grootste afvalproducent van Nederland, zegt wethouder Selçuk Akinci in reactie op het onderzoek van Quest. Het afval wordt hier op een andere manier ingenomen en verwerkt, wat zorgt voor flinke verschillen.

Volgens Akinci is de totaalhoeveelheid inderdaad hoog, als je kijkt naar het landelijk gemiddelde per inwoner. Hier is echter wat nuance nodig, stelt de wethouder. Niet alle gemeentes hebben een afvalservice die hetzelfde werkt.

“Breda heeft een afvalservice die erg goed werkt. De burgers kunnen daar gratis hun afval goed gescheiden inleveren. Juist door die scheiding, is meer dan de helft van ons totaalafval herbruikbaar”, legt de wethouder uit. In Breda ligt het totale gemiddelde op 567 kilo, waarvan 226 kilo restafval is. In Breda wordt dus 341 kilo gerecycled.

Door de goede en gratis toegang tot het afvalstation zijn er ook weinig afvaldumpingen in Breda. Maar het gemeentelijk totaal wordt dus wel hoog. “Dat zie je ook bij Eindhoven. Daar werken met eenzelfde systeem. Ook zij scoren hoog bij Quest, maar hebben uiteindelijk maar 261 kilo restafval waar ze niets mee kunnen”, aldus Akinci.

De cijfers van Quest zijn gebaseerd op gemeentelijke cijfers. “In andere gemeentes, die bijvoorbeeld te klein zijn voor een milieustation, wordt afval vaak verwerkt door commerciële partijen. Daardoor verschillen de cijfers per gemeente”, verklaart Akinci.

“Eigenlijk doen we het als Breda dus best wel goed”, stelt de wethouder. “Maar er is altijd ruimte voor verbetering. Het landelijk gemiddelde wat betreft kunststof is 6 kilo per inwoner, hier is dat 3. Dat kan beter. Ook komt er zo’n 70 kilo GFT-afval bij het restafval terecht, wat niet nodig is.”