Onderzoek Mansveld naar risico’s goederenvervoer per spoor
PolitiekDEN HAAG - Staatssecretaris Mansveld (I&M, PvdA) moet de veiligheidsrisico’s en overlast door goederenvervoer in Brabant, Gelderland en Overijssel in kaart brengen, die ontstaat als de Betuweroute aan capaciteit inboet.
Dat is het gevolg van een motie van D66-Tweede Kamerlid Stientje van Veldhoven die dinsdag werd aangenomen. Ook moet Mansveld met gemeenten, waaronder Breda, en provincies in gesprek om de overlast van geluid en trillingen en de veiligheidsrisico’s te beperken. Van Veldhoven: “Als goederentreinen vaker door dorpen en steden rijden, neemt de overlast voor omwonenden toe. Dat wil D66 zoveel mogelijk beperken.”
De motie komt voort uit werk aan het ‘Duitse deel’ van de Betuwelijn. Tussen 2016 en 2022 kunnen minder treinen gebruik maken van de Betuwelijn, omdat in Duitsland het zogenoemde derde spoor wordt aangelegd. Hierdoor zal meer goederenvervoer over alternatieve treinroutes plaatsvinden. Het gaat hoogstwaarschijnlijk om routes door dorpen en steden in Brabant, Gelderland en Overijssel.
Ook de risico’s van het vervoer moeten in kaart worden gebracht. “Ik wil niet dat bewoners in 2016 opeens verrast worden door zware overlast”, aldus Van Veldhoven.
De staatssecretaris moet de Tweede Kamer in het najaar van 2014 informeren en een pakket aan maatregelen voorstellen. In Breda kaartte onder meer D66 en de VVD het probleem al aan.
