'Kwaliteit winkelstad Breda moet omhoog'

BREDA - De winkeliers in de binnenstad kwamen maandag in het stadskantoor bijeen om te debatteren over de problemen in het centrum van de stad. Allen waren het er over eens dat de kern van Breda kwalitatief veel beter kan en moet. Hoe? Daarover liepen de meningen behoorlijk uiteen. Wethouder Meeuwis deed een emotionele oproep tot samenwerking.

Opnieuw liet onderzoeker Gianotten aan de hand van een paar simpele cijfers zien hoe slecht de binnenstad ervoor staat. Consumenten komen minder vaak naar de stad en als ze komen kopen ze minder. Ze vinden de stad minder aantrekkelijk geworden en zeggen beter aanbod te vinden in de regio rondom de Nassaustad. "De retail schreeuwt om innovatie, de winkelfunctie is anders dan voorheen. De consument gaat de verandering niet brengen, dus de markt moet als eerste bewegen", hield de onderzoeker zijn publiek voor.

Volgens Gianotten moet winkels meer dan ooit de beleving van de klant voorop stellen. Als voorbeeld verwees hij naar de Amerikaanse shopping malls waar winkelen echt een dagje uit is. "Geef klanten cadeaupunten omdat ze komen, niet omdat ze kopen. Laat de gemeente en winkeliers gezamenlijk reclamezuilen plaatsen, organiseer exposities", gaf hij als praktische tips.

Internet
Veel winkeliers klaagden over de invloed van het internet op hun verkoop. Vooral mensen die voor informatie naar de winkel gaan en vervolgens het product op internet kopen wekten veel ergernis op. Ook de hoge parkeertarieven zouden niet bijdragen aan de aantrekkelijkheid van winkelstad Breda. Voorzitter Patty Aartsen van de Vereniging Commercieel Onroerend goed binnenstad Breda vond bovendien dat de stad bovendien minder schoon was dan voorheen.

Stellingen
Doormiddel van prikkelende stellingen werd de discussie tussen de winkeliers en andere belanghebbende aangezwengeld. Wat konden de ondernemers verbeteren? Waar zou de gemeente bij kunnen helpen? Wat voor een stad wil Breda eigenlijk zijn? Dat Breda geen duidelijk profiel heeft, was een stelling waar iedereen het wel mee eens was. Moet Breda haar Bourgondische trekjes verliezen? "Nee!" sprak de zaal als een mond. Maar toen de vraag werd gevraagd wat dat Bourgondische eigenlijk inhoud bleef het stil.

Exposities
Meer kunst en exposities in de stad was een ander voorstel dat op brede steun kon rekenen. De gegadigden vonden het ontregelen van beleid een aantrekkelijke manier om flexibel om te gaan met leegstand en lelijkheid. Wel vonden de meeste aanwezigen dat de gemeente nog iets sneller kon schakelen. Wethouder Meeuwis noemde bijvoorbeeld de windschermen aan de Haven als goed voorbeeld van participerende winkeliers. Maar veel winkeliers vonden dat de vijf jaar die het heeft geduurd om de schermen er doorheen te krijgen toch wat lang.

Ja-mits-loket
Marlice Dreessen van de VVV merkte op dat Breda ontzettend veel evenementen heeft, maar dat ondernemers daar weinig mee doen. "Redhead day is uniek in de wereld, waarom kleurt niet de hele binnenstad rood op die dag?" Breda zou het dan ook niet moeten hebben van grote internationale festivals, maar van kleine goedkope initiatieven. Roodharigendag en Breda Barst zijn immers ook begonnen zonder een cent. Tim van den Burg van stichting Braak stelde voor om een team van oliemannetjes te maken die zulke zaken voortaan ging coördineren: "Er moet een Ja mits-loket komen bij de gemeente."

Ondernemersfonds
Grote onenigheid onder de ondernemers was er over een mogelijk ondernemersfonds. Het plan hiervoor werd vorig jaar september nog weggestemd. Volgens sommigen kwam dit doordat veel winkeliers niet begrepen dat 70% van het ingelegde geld naar de eigen winkelstraat ging. Anderen zeiden het oneerlijk te vinden dat kleine winkels evenveel moesten betalen als grote winkelketens. Olaf Nieuwenhuis van de Kroonenberg Groep wilde dat Meeuwis zo'n fonds ging verplichten, maar daar voelde de wethouder niks voor: "Het gaat niet alleen om financiering, er moet ook welwillendheid zijn. Anders heeft zo'n fonds geen enkele zin", zei hij hierover.

Stoppen met vliegen afvangen
De wethouder hield aan het einde van het debat nog een emotionele oproep. Hij vond dat er niet uit de debat-sessie was gekomen wat de stad verdiende. "We hadden het voor elkaar in Breda en we hebben het voor elkaar. Maar dan moeten we wel de handen ineen slaan." Hij stak ook de hand in eigen boezem en beloofde dat de gemeente voortaan beter zou communiceren. "We moeten stoppen met elkaar vliegen afvangen."