Rol kunstgrasveld bij HC Breda.
Rol kunstgrasveld bij HC Breda. Foto: Wijnand Nijs

D66: ‘Actie nodig om investeringen in sport te behouden’

Door: Wijnand Nijs Politiek

BREDA - Breda moet verenigingen attenderen op de compensatieregeling die in het leven is geroepen vanwege de btw-vrijstelling op sport. Als clubs én verenigingen geen aanspraak maken op de regelingen, dan kunnen de netto-investeringen in sport in Breda terugvallen.

Die vrees uit D66 in vragen aan het college. Volgens sportwoordvoerder Joek van Pul moeten zowel vereniging als gemeente actie ondernemen. “Het gaat om twee verschillende compensatieregelingen, waarvoor aanmelden voor 1 december verplicht is.”

In Breda geldt sinds enige tijd de éénderderegeling. Die houdt in dat de gemeente een derde van de investering in een sportcomplex voor zijn rekening neemt. Dat betekent dat een vereniging zelf de rest van de investering moet opbrengen. Door het wegvallen van de btw-aftrek ontstaat een gat.

Zonder compensatie betekent dat minder investeringsruimte voor de verenigingen. Doordat er een vrijstelling geldt voor btw voor sport, kan er ook minder teruggevraagd worden. Netto is dat nadelig voor de sector, vandaar dat het Rijk 240 miljoen heeft gereserveerd voor compensatie.

“Daarom willen we van het college weten wat dit voor gevolgen heeft”, licht Van Pul toe. “Vandaar dat we ook willen weten of er een inventarisatie is van welke investeringen aangemeld kunnen worden en voor hoeveel geld de gemeente Breda in overleg met de verenigingen aanspraak gaat maken op de regeling.”