Afbeelding

Achter de kloostermuren

Column

Mijn middelbare schooltijd bracht ik in een klooster door.
Nou ja, het merendeel van mijn middelbare schooltijd dan. Het brugklasjaar zaten we in een dependance. Ver van de nonnetjes, ver van de kapelklok.

Nu was het niet zo dat wij van huis uit streng gelovig waren. Ik bedoel, we gingen wel naar de kerk. We waren ook gedoopt, hadden de eerste communie en ons vormsel netjes gedaan, maar écht geloven? Tja, ik wist het allemaal niet.

En toch belandde ik op een middelbare school waarvan het hoofdgebouw in een klooster gehuisvest was.
Ik vond het bijzonder. Het intrigeerde mij ook, dat kloosterleven.
Ik kon niet wachten tot het tweede jaar zou beginnen. Het jaar waarin de eerste stappen naar de lokalen in het klooster gezet zouden worden. Vanaf het derde jaar zaten we voorgoed in het klooster. Geweldig!
Ik herinner me nog de biologielessen die op de eerste verdieping van het klooster werden gegeven. In het laatste lokaal van de donkere gang, nét voor de afgesloten deuren waarachter het echte kloosterleven zich afspeelde. Ik vroeg me altijd af hoe dat nu precies zou zijn.

Uren kon ik vanuit die klas naar buiten staren. Het enorme balkon dat vanuit die klas zichtbaar was werd soms bewoond door de oudste nonnetjes, genietend van de zon. Een deken over de knieën heen geslagen. Lezend of gewoon maar wat zittend. Voor zich uit starend. Of pratend met een medezuster.
Ze waren hoog bejaard; de nonnetjes. Mochten daar hun laatste dagen slijten. Hoewel er ook bij waren die nog les gaven. Frans, tekenen... Daar hield het wel zo’n beetje mee op, maar toch.

Met het romantische gevoel van ‘The Sound Of Music’ in mijn bakvissenlijf glipte ik soms weleens met een vriendin de kloostertuin in. Op zoek naar… tja, naar wat eigenlijk?
We mochten er niet komen, kregen iedere keer weer een uitbrander als we het weer eens waagden. Maar de verleiding was gewoon te groot.

De vraag wat er nu precies in het kloosterleven gebeurde bleef maar door mijn lijf zingen.
Afgelopen week las ik dat het Kloostercomplex Mater Dei is aangewezen tot gemeentelijk monument.
Diep van binnen voelde ik de bekende kriebel opkomen.
Ik ben misschien een einzelgänger met dit gevoel, maar ik gun het zoveel mensen meer. Dat dromerige gevoel van: wat gebeurt daar nu eigenlijk precies achter die kloostermuren?
Benieuwd wat Breda hiervan gaat maken…