Aardbeienteler De Rith krijgt vergunning voor huisvesting 120 seizoensarbeiders op erf

BREDA - Jan van Meer, aardbeienteler in het zuidelijk buitengebied, heeft van de gemeente een vergunning gekregen voor het huisvesten van 120 seizoensarbeiders. Daarmee komen er 80 seizoensarbeiders bij. 

Tijdens de behandeling van het bestemmingsplan voor het gebied is er in de gemeenteraad veel en lang gesproken over de vraag of Van Meer de seizoensarbeiders op zijn terrein mocht laten wonen. Omwonenden zagen het niet zitten, de teler zag het als enige uitweg. 

Bang voor geluidsoverlast
Naaste buren zagen het niet zitten dat er tachtig nieuwe werkers naast de deur kwamen wonen. Zij vreesden voor (geluids)overlast, een dalende waarde van hun huis en het gebrek aan handhaving in het gebied. In de vergadering over het onderwerp ging het er hard aan toe. 

Van Meer zelf ziet het huisvesten van seizoensarbeiders op zijn eigen terrein als noodzaak. "Mijn bedrijf is gegroeid en ik wil mijn werknemers kunnen huisvesten. Anders zit een deel op een camping en dat is mensontwaardig", zei hij eerder. 

Duidelijke regels
De teler mag nu maximaal 120 seizoensarbeiders voor maximaal zes maanden huisvesten. Ze moeten allemaal bij Van Meer werken. Om ruimte te maken wordt er één gebouw verbouwd zodat daar slaapruimte komt voor 96 mensen. De andere 24 slapen in een al bestaand gebouw.

Bij het verlenen van de vergunning is ook gekeken naar gedragsregels en de mogelijkheden voor ontspanning. De plek waar de werknemers zich buiten kunnen ontspannen ligt zo ver mogelijk van de bewoners af die de komst van de werknemers niet zagen zitten. Daarnaast moet het na 22.00  uur stil zijn en mag er geen drugs of alcohol worden gebruikt.